Vanaf Serremarchetto naar de top van Monte Cucetto hiken, in de uitlopers van de Italiaanse Alpen. Het steile wandelpad is geen walk in the park maar het panorama op de top maakt het afzien meer dan waard. Het 360 graden uitzicht strekt zich uit van de vlaktes van Turijn en Cuneo tot de bergketens van Val Chisone en de Valle Germanasca. Weidse uitzichten waarbij de herfstkleuren van de hellingen af spatten.
Bella Baita
Na een tussenstop de Franse Elzas, waar we een prachtige wijnwandeling maken, ben ik nu met man en kind in Noord-Italië. Om precies te zijn bij Bella Baita, een prachtplek in de uitlopers van de Italiaanse Alpen, schuin onder Turijn. Een paar jaar geleden heb ik al eens overnacht bij deze b&b en heb ik hier heerlijk gewandeld. Toen eigenaars Marla en Fabrizio me vroegen of ik nog een keer langs wilde komen, kon ik dus geen nee zeggen. Zeker niet omdat de Amerikaanse Marla en de Italiaanse Fabrizio beide chef-kok zijn en je hier dus naar hartenlust kunt genieten van lekkere diners en leerzame kookworkshops. Daarnaast zijn het ook gewoon ontzettend lieve mensen. En dus ben ik weer terug op dit mooie plekje, deze Alpen-retreat hoog in de bergen. Ik trek meteen mijn wandelschoenen aan voor een lange wandeling.


Monte Cucetto
Het plan is om de Monte Cucetto te beklimmen. Een bergtop waar je vanaf de b&b zó naartoe loopt. Nou ja, zo… Je hoeft maar één pad te volgen en dan kom je vanzelf uit op de top. Maar dit pad gaat wel steil omhoog, het grootste deel van de klim heeft een stijgingspercentage tussen de 20 en 30 procent. De route start net boven de 1.000-meter grens en voert je in een paar kilometer naar 1.700 meter hoogte. Behoorlijk pittig dus.
In Serremarchetto trek ik de deur van de b&b achter me dicht. Mijn man hijst de baby in de draagzak – die maakt vandaag zijn eerste bergwandeling mee – en ik heb mijn rugzak volgeladen met eten, een thermosfles water en warme kleding. Bij de haarspeldbocht in de weg voor de b&b start meteen ook de wandelroute. In het bos begint het pad al vrij snel en gestaag te stijgen.



Paddenstoelen en een vuursalamander
Er zijn weinig markeringen, wat bordjes en pijlen, maar het pad is duidelijk zichtbaar en ik heb een gpx-bestand van de route op mijn telefoon staan. Her en daar staan een paar oude bouwvallen, van half vervallen berghutten. Een man haalt ons in ons maar buigt al snel van het pad af. Waarschijnlijk is hij op zoek naar paddenstoelen. Want waar de paddenstoelen een paar dagen geleden in de Elzas spaarzaam waren zijn ze er hier volop. Al zijn de meeste eetbare varianten al geplukt. Wel ligt het pad bezaaid met de stekelige bolsters van tamme – en dus eetbare- kastanjes.


Het stenige pad is glad van de bladeren. Nu de herfst zijn intrede heeft gedaan laten de bomen langzaam hun bladeren vallen. Het is dus goed opletten hoe het pad loopt. Na een reeks haarspeldbochten begint de vegetatie uit te dunnen en opent een prachtig panorama voor me. De berghellingen zijn gehuld in rood en geel en flarden bewolking hangen tussen de laatste uitlopers van de Alpen.
Iets verderop buigt het pad naar rechts en gaat recht naar de top van Monte Cucetto. Op dit punt is er een waterpunt, heeft Fabrizio al verteld. Ik zie het bord dat hij heeft geplaatst. Tijd om even van het pad af te wijken en een meter of 30 af te dalen. Het waterpunt vangt volop zon, dus het is een perfecte plek om even pauze te houden. De kleine krijgt zijn fles, ik eet een appel in de warme najaarszon en verder is het genieten van de stilte.



Vlakbij het beekje zie ik in mijn ogen ineens iets felgeels wegschieten. Tussen de stenen zit een vuursalamander. Het patroon van gele vlekken op zijn rug is bedoeld om andere dieren af te schrikken. Mij fascineert het, wat bijzonder om dit diertje hier in Italië tegen te komen.

De laatste uitlopers van de Alpen
We volgen de richting waarin de salamander wegschiet en lopen naar boven. 1.692 meter hoogte. We zijn er. Monte Cucetto is echt de laatste uitloper van de Alpen. Op het moment dat we boven op de bergrug staan, komt net het wolkendek over de bergrichel heen. Het uitzicht is prachtig panoramisch. Hier heb je een eersteklas uitzicht op de omliggende bergketens van Val Chisone en de Valle Germanasca. Ik zie nog 2 andere toppen, Punta della Merla (1907m) en Punta dell’Aquila (2119m), waar je naartoe zou kunnen lopen. Maar ik zie ook wolken vervaarlijk onze kant op komen.



Tijd om weer af te dalen. Met beleid. De stenen liggen verstopt onder de bladeren, dus je weet nooit of je op een stapel bladeren stapt (en dus naar beneden zakt) of op een steen. Als ik om me heen kijk is het niet moeilijk om me voor te stellen dat je hier ook komt om te klimmen. Er zijn tegen de bergwanden verschillende routes uitgezet voor bergbeklimmers. En – zo vertelt Fabrizio me later – je kunt hier op de trails ook helemaal losgaan met je mountainbike. Wat een plek!



Wanneer kun je naar de top van Monte Cucetto hiken?
De route wordt aangeraden in alle seizoenen. Alleen in de herfst wordt de route door sommigen afgeraden. Een groot gedeelte van de route in het bos is moeilijk toegankelijk vanwege de bladeren die zich ophopen op het pad. Maar met goed opletten kun je de route prima lopen. Wil je in de winter naar Monte Cucetto hiken dan zijn sneeuwschoenen bij veel zachte sneeuw, of stijgijzers bij harde en gladde sneeuw nodig.

Wandelroute Monte Cucetto:
Vertrekpunt: Serremarchetto – Pinasca, b&b Bella Baita
Afstand: 6,88 kilometer
Tijd: 2 uur 30 minuten (pauzes niet meegerekend)
Laagste punt: 1.090 m
Hoogste punt: 1.700 m
Geef een reactie