Op expeditie in Kirgizië op zoek naar het sneeuwluipaard. Je hebt er in mijn vorige blog alles over kunnen lezen. Maar hoe ziet een gemiddelde dag op expeditie er uit? Ik neem je mee op een uitdagende dag in de Tien Shan vallei.
7 uur: opstaan
Ik kom uit mijn slaapzak en steek mijn hoofd uit de tent. Warme zonnestralen komen net over de bergrug heen en hullen het base camp in een bleek licht. Het was een heldere maar ijskoude nacht, de waterdruppels op mijn tent zijn bevroren. Dat wordt even doorbijten, want het water waarmee ik mij moet wassen is ook bevroren. Ik sla het ijs in de emmer stuk en gooi het water in mijn gezicht. Ook de wc is weinig luxe. Het is, zoals overal hier, niets meer dan een gat in de grond, met houten schotten er omheen voor wat privacy. En een douche? Die is er niet. Maar het gebrek aan luxe wordt ruimschoots goedgemaakt door het adembenemende uitzicht over de vallei.

7:15 uur: ontbijt
Vol verwachting loop ik de ontbijtyurt binnen. Onze lieflijke kok Gulya doet iedere dag haar best om een heerlijk ontbijt te maken. Vandaag is het griesmeelpap. Ik kijk op het corveerooster. Het is vandaag mijn beurt om de afwas te doen, in plastic tobbes bij de keukenyurt. Ik pak nog snel mijn lunchpakket in, giet heet water in mijn thermosfles en vul mijn waterzak met gefilterd water. Op het whiteboard check ik op welke tocht ik ben ingetekend.
7:45 uur: inpakken
Terwijl onderzoeker Volodya vertelt hoe we naar de vallei rijden, pak ik mijn rugzak in en verzamel ik in de materiaaltruck alles wat ik vandaag mee moet nemen. Datasheets, een kaart van het gebied, een gps, tracker voor noodgevallen, een radio om contact te houden met de andere expeditieleden, latex handschoenen om uitwerpselen te onderzoeken, een nooddeken en EHBO-set. Een flinke lijst, maar ik geloof dat ik alles heb ingepakt.

8:00 uur: vertrek
Op naar de vallei! Vandaag zit ik in een team van 4 personen. We volgen een pad dat bergopwaarts leidt en rijden zo ver als de auto’s ons kunnen brengen. Daarna gaan we in teams te voet verder. Vandaag gaan ze niet mee, maar vaak worden we tijdens het hiken vergezeld door een van de twee lokale NABU gidsen, Zhyrgal en Zhengish.

In een klein groepje lopen we door een uitgestrekte groene vallei, met in de verte zicht op besneeuwde bergtoppen. We komen langs een kudde paarden, en in het gras zie ik marmotten die elkaar waarschuwen dat we eraan komen. Aan het einde van de vallei beginnen de bergen. Ik klauter over de rotsen op zoek naar uitwerpselen. Is dat van een agali? En die bruine vlekjes die daar bewegen op de bergkam, zijn dat steenbokken? Ik speur met een verrekijker de bergen af en noteer de coördinaten en kompashoeken.

12:30 uur: lunch
Een paar honderd meter verder zijn we bij een helderblauw gletsjermeer. Het sneeuwt, maar toch stoppen we om te lunchen. Wat een uitzicht en kalmte! Je hoort alleen het smeltende ijs in het meer druppelen. Ik haal mijn ’s ochtends ingepakte lunchpakket uit mijn rugzak. Een gekookt ei, crackers met kaas, tomaten, wortels en een fruitreep. De thee in mijn thermosfles is nog heerlijk warm.


13:15 uur: op zoek naar de camera
Dan is het tijd voor overleg. De opdracht van vandaag is om een camera trap mee terug te nemen naar het base camp. Deze is een paar weken geleden geplaatst op de bergkam, en we hopen dat er flink wat dieren op camera zijn vastgelegd. Om de camera terug te vinden hebben we niets anders dan de gps-coördinaten en de hoogte waarop de camera is geplaatst, 3880 meter.
Met behulp van het kompas, de gps en de kaart bepalen we waar de camera moet zijn. We kijken naar de gletsjer en de bergtoppen, hoog boven ons, en bedenken een goede route. Niet over de sneeuw. Dan maar over die steile helling? Die is wel bezaaid met losse stenen. Grote kans dat je daar omlaag dondert.

Je hebt hier geen perfect uitgezette en gecheckte wandelroutes. Sterker nog, er lopen helemaal geen paden. Hier ben je op jezelf aangewezen. De enige weg omhoog gaat over een steile bergwand, vol losliggende leistenen. Langzaam schuifel ik in de gure wind omhoog. Eenmaal boven zie ik de camera. We maken een selfie en stoppen snel de camera in een rugzak. Er komt een sneeuwstorm aan!
15:00 uur: terug naar de trucks
De lucht is inmiddels grijswit en zodra we de camera hebben opgeborgen begint het zwaar te sneeuwen. De weg omlaag is korter dan de heenweg, maar ook flink steiler. Zo snel mogelijk proberen we af te dalen. De beste optie lijkt gewoon gecontroleerd de helling af te glijden. Zo nu en dan rollen de stenen omlaag en schuif ik meters verder. De laatste kilometers door het dal kan ik amper nog iets zien. Zodra ik voor me uit kijk om te zien hoe we terug moeten lopen naar de truck bevriezen mijn ogen bijna. Twee uur sneeuwstorm en een regenbui later komen we bij de truck. Zodra ik de deur van de truck open breekt de zon door en is het weer heerlijk warm. Het weer in de bergen…


17:00 uur: een poging tot douchen
Bij terugkomst is het nog even wachten op het eten. Ik snak naar een douche, maar dat zit er niet in. De enige mogelijkheid is om het ijskoude water met een emmer uit de rivier te halen, het water te filteren (met al het vee stroomopwaarts is het water niet echt schoon), te koken en te mixen met koud water.
Vervolgens trommel ik een ander expeditielid op om het water over mijn hoofd te gieten, zodat ik in ieder geval mijn haar kan wassen. In mijn bikini is het ijskoud. Ik zie de herders aan de andere kant van de vallei al door hun verrekijker staren. Privacy, nee, dat heb je hier niet. Maar je haren wassen voelt nu bijna aan als een spa.

18:00 uur: debriefing
Dan is het tijd voor de debriefing. Alle teams vertellen welke cellen ze hebben doorkruisd en teamleider Amadeus tekent zwarte vierkanten op de kaart. Met gekleurde stiften geeft hij aan wat we hebben ontdekt. Een blauw driehoekje in de hoek van een cel voor prooidieren, in ieder geval voor sporen daarvan. We wachten op de rode stip. Die geeft namelijk aan dat we sporen van het sneeuwluipaard hebben gezien. Vandaag hebben we geen geluk.
We krijgen een uitleg van de cellen die de volgende dag moeten worden verkend en dan schrijf ik me in voor een van de drie routes. Ik heb de keuze tussen ‘lang en zwaar’, ‘steile klim’ en ‘hele steile klim’. Ik zie morgen wel hoe zwaar het is.
Zoals vaak gebeurt komen de herders nog even langs, om met Volodya een glas wodka te drinken in de warme keukentent. Hun paard binden ze aan de truck vast of ze geven de leidsels aan ons. Maak maar even een rondje door de vallei.

18:30 uur: eten!
Eten! Gulya maakt iedere dag weer iets heerlijks. Vanavond is het een vegetarisch stoofpotje, met aardappelen, aubergine, witte kool, wortel, rode paprika en bouillon. De rest van de avond brengen we door in de yurt, genietend van de warmte van de kachel en een shot lokale wodka. Daarna kijken we naar de sterren. Het base camp ligt midden in de vallei. Er leven een paar herders in dezelfde vallei, maar we hebben de sterrenhemel voor onszelf.

20:30 uur: slapen
Ik ben moe en ga vroeg naar bed. ’s Nachts word ik wakker van het onweer. Donder rolt door de bergen, bliksem verlicht het dal. Wat moet je ook alweer doen bij onweer? Niet onder bomen zitten, maar die zijn er in de verre omgeving toch niet. En niet bij metaal in de buurt zijn. Om mij heen staan drie yurts met metalen constructies. Ineens voelt het wel heel open in de weidse vallei met alleen een tentdoek tussen mij en de storm.

Dan hoor ik geritsel in mijn voortent. Iets groots werpt zich aan de andere kant van het tentdoek op de grond. Met het laatste restje moed kijk ik opzij. Het is de hond van een van de herders in de vallei. Hij is bang en schuilt in de voortent voor het slechte weer. Hij houdt het onweer wel op afstand, verzucht ik. Tijd voor een goede nacht slaap. Morgen weer de bergen in!

Ik nam deel aan deze expeditie op uitnodiging van Biosphere Expeditions. Deze organisatie begeleidt expedities over de hele wereld. Zo kan je als amateur-onderzoeker bijdragen aan wetenschappelijk onderzoek. Van zeeschildpadden beschermen in Costa Rica tot walvissen onderzoeken in de Azoren. De sneeuwluipaardenexpeditie in Kirgizië is de meest zware en afgelegen expeditie. Biosphere expedities organiseert deze expeditie al een aantal jaar in samenwerking met NABU. In Kirgizië werken zo’n 20 personen, die het leefgebied van het sneeuwluipaard monitoren, stropers tegengaan en zich bezighouden met educatie voor kinderen. Met camera traps en met de hulp van lokale inwoners worden de sneeuwluipaarden gezocht. Je kan aan de expeditie deelnemen zonder kennis of ervaring met onderzoek. Het enige wat je nodig hebt is een flinke dosis enthousiasme.
Wat een bijzondere bestemming zeg. Niet douchen lijkt me echt vreselijk…zo niet mijn ding. Douchen is echt heilig, haha. Heb zo’n hekel ook aan koud douchen…brrr. Die hond bij de tent! Ik zou het ook even benauwd krijgen hoor als ik iets bij mijn tent hoor.
Wauw! Wat moet dat een bijzondere ervaring zijn geweest! Zo’n sneeuwstorm lijkt me wel heel heftig. Maar gaaf dat je dit hebt gedaan, zeg!
Wat gaaf om te lezen wat voor dagen je daar had. Klinkt mega interessant om zo’n expeditie mee te maken. En ik ben natuurlijk benieuwd of je het sneeuwluipaard wél gespot hebt. Of de sporen in ieder geval 😉
Echt, zo mooi! De landschappen, de tenten en het niet-douchen doen me een beetje aan Mongolië denken.
Bijzonder dat je mocht helpen bij doe project.
Ja, dat idee kreeg ik er ook echt bij. Al ben ik nooit in Mongolië geweest, dat staat nog op het wensenlijstje.
Lange dagen, maar je wordt er wel echt voor beloond. Enige minpuntje is het niet douchen, maar misschien is het geluk dat het daar ook niet broeiend heet is? Lijkt mij in ieder geval een mooie expeditie 🙂
Nou, na een volle dag hiken wil je wel een douche. Ach, ik heb het prima overleefd 🙂
Oef, dat klinkt wel heftig maar ongetwijfeld een hele toffe ervaring! Mooie foto’s ook!!